Composteren doe je zo!
- Kies een plaats in de schaduw voor je compostvat of –hoop.
- Zorg voor een goed mengsel van grof materiaal (takjes, snoeiafval, houtsnippers) en fijn materiaal (grasmaaisel, groente- en fruitresten). Zonder grof materiaal krijgt je compost te weinig lucht en gaat alles stinken.
- Notendoppen, keukenrolpapier, theezakjes, aardappelschillen en resten van groenten en fruit mogen bij je compost. Ook haagscheersel, grasmaaisel, herfstbladeren en versnipperd snoeihout mogen erbij.
- Timmerhout, dierlijk afval, wegwerpluiers, kattenbakvulling, zand, as van de open haard en stof uit de stofzuiger horen NIET thuis in compost.
- Onkruidstengels mogen bij je compost, maar de zaden moet je verwijderen. Anders krijg je later overal waar je compost strooit onkruid.
|